Wet op de loonbelasting 1964 art. 39f ( tekst 2015)
39f
Overgangsrecht bestaande aanspraak bepaalde periodieke uitkeringen 1 Met betrekking tot op 31 december 2013 bestaande aanspraken op periodieke uitkeringen ter vervanging van gederfd of te derven loon als bedoeld in de artikelen 11, eerste lid, onderdeel g , en 37 , zoals die op 31 december 2013 luidden, en daarmee gelijkgestelde bedragen als bedoeld in artikel 11a, eerste lid , zoals dat op 31 december 2013 luidde, blijven de artikelen 10, vijfde lid, onderdelen b en c , 11, eerste lid, onderdeel g, en vierde lid, 11a, 19b, achtste lid , 32bb, zesde en achtste lid , en 37, zoals die op 31 december 2013 luidden, alsmede de daarop gebaseerde bepalingen, van toepassing. 2 In afwijking in zoverre van het eerste lid mag de waarde van de aanspraak, het tegoed van de stamrechtspaarrekening of de waarde van het stamrechtbeleggingsrecht geheel of gedeeltelijk op een eerder tijdstip worden uitgekeerd dan in de artikelen 11 en 11a , zoals die op 31 december 2013 luidden, en de daarop gebaseerde bepalingen, is bepaald.